Dacom went aan nieuwe thuiswerkwerkelijkheid

 In interview

Geen bijeenkomsten, geen spontane ontmoetingen, geen events, geen lijfelijke bijpraatmomenten. Corona houdt ook de NOO in zijn greep. Hoe is het eigenlijk met iedereen? Welke impact hebben het virus en zijn antimaatregelen? Vandaag aflevering 10: Janneke Hadders

Over de horeca ging het veelvuldig de afgelopen maanden, over de evenementenbranche, de kunstensector. Die hebben het allemaal zwaar. En de supermarkten, webwinkels, klusbedrijven en tuincentra, die beleefden toptijden. Maar de boeren dan? Daar horen we weinig over.

,,Corona heeft ook de agrarische sector wel geraakt, maar zeker beperkter dan veel andere delen van de economie, vertelt Janneke Hadders. We herinneren ons de berg frietaardappelen aan het begin van de crisis. En bollenboeren hadden meer moeite hun producten af te zetten. De CEO van Dacom heeft er bedrijfseconomisch weinig last van trouwens, van het virus en de beperkende maatregelen. ,,Het is vooral privé vervelend.’’

Abonnementen

Dacom doet in abonnementen. De software die het bedrijf – met vestigingen in Groningen en Emmen – levert, helpt telers meer uit hun oogst te halen. Ziektemanagement, teeltregistratie, bodembevochtiging en nog veel meer gegevens over gewassen en akkergrond maakt het bedrijf inzichtelijk. Zodat agrariërs efficiënter en beter geadviseerd kunnen werken.

,,De abonnementen lopen natuurlijk gewoon door. En er komen ook wel nieuwe abonnees bij. De wereld staat niet stil wat dat betreft.’’ Die werving van nieuwe klanten is door de crisis wel radicaal veranderd. Vóór corona waren beurzen en vooral de praktijkdagen daarvoor heel belangrijk. ,,Daar laten we op demo-akkers zien wat onze producten doen en kunnen. Was altijd heel druk.’’

Maar ja, dat kan al een hele tijd niet. Dus gebruikt Dacom het internet om nieuwe klanten te overtuigen. ,,We zetten meer klantcases online. Het geld dat we uitsparen met het organiseren van de praktijkdagen gaat bijna allemaal in online marketing. Die beweging waren we al van plan te gaan maken, maar dat doen we nu versneld.’’

Scholen dicht

Tegelijkertijd is het beleid om meer te focussen op ‘de thuismarkt’ geïntensiveerd. Twee jaar geleden besloten Janneke en de haren zich meer te gaan richten op Nederland en België in plaats van de hele wereld als speelveld te zien. ,,Daar zien we nu zeker ook resultaat van. We maken het onze klanten zo makkelijk mogelijk in onze webshop die echt op de Nederlandstalige markt gericht is.’’

Toch laat het virus ook Dacom niet ongemoeid. Het meest merkt Janneke dat aan de bezetting op kantoor. ,,Veel medewerkers willen liever op kantoor werken, maar hoe langer het duurt, hoe meer we erachter komen dat het vanuit huis ook prima lukt. We hebben er in ieder geval voor gezorgd dat iedereen een goede werkplek heeft. Ik moet wel zeggen: zolang de scholen open zijn, gaat het gewoon goed, maar nu ze weer een tijd dicht zijn merk ik dat medewerkers wat meer in de knel komen met hun tijd.’’

Het grootste gemis is wel het fysieke overleg, de contactmomenten. ,,De innovatiekracht heeft er onder te lijden. Als je bij elkaar zit, dan komen nieuwe ideeën en producten eerder tot stand. Dat zeg ik terwijl het natuurlijk onmogelijk is om te zeggen hoe groot dat effect precies is. Maar ik ben ervan overtuigd dat het speelt.’’

Nesciopark

Helemaal terug naar de manier van werken vóór corona gaat Dacom in ieder geval niet. ,,Thuis werken blijft meer aanwezig.Medewerkers zat die dat gewoon fijn vinden een dag of wat per week. En met de razendsnelle ontwikkeling van technologie om het mogelijk te maken, kan het ook. Ik vind dat plezier in het werk bovenaan moet staan.’’

Ondanks die wetenschap gaat de nieuwbouw van het bedrijf op het Nesciopark in Haren onverminderd door. Corona heeft geen lijntje in het ontwerp veranderd, ondanks de nieuwe thuiswerkwerkelijkheid. Aan het eind van het jaar is de oplevering gepland.

,,Uitgangspunt is dat we af willen van twee locaties en met zijn allen in één pand willen zitten, juist vanwege de innovatiekracht. Dat we straks meer lege stoelen hebben dan we anderhalf jaar geleden voorzien hadden, doet daar weinig aan af. In Haren krijgen we een fijne, nieuwe plek waar we kunnen samenkomen. Het gaat mij erom dat we de mogelijkheid hebben om daar met zijn allen te zijn.’’